Nieuws

Vanaf 1 april extern salderen en verleasen stiksofrechten in Noord-Holland

Extern salderen en verleasen zijn instrumenten die het mogelijk maken om stikstofruimte te bieden aan nieuwe ontwikkelingen


 

Haarlem
Met het voorlopig vaststellen van de Noord-Hollandse stikstofaanpak wil de provincie Noord-Holland nu ook het extern salderen en verleasen voor veehouderijbedrijven per 1 april 2021 openstellen.

De strategie wordt op 8 februari met Provinciale Staten besproken tijdens de vergadering van de commissie Natuur, Landschap en Gezondheid. Ook de provinciale regietafel stikstof, waarin alle betrokken sectoren in plaatsnemen, ontvangt de strategie waarna deze op 10 februari wordt besproken. Na deze besprekingen maken Gedeputeerde Staten de strategie definitief.

Een bedrijf wil uitbreiden of iemand wil een project uitvoeren waarvoor stikstofruimte nodig is. Hoe kan zo iemand aan de benodigde stikstofruimte komen?

Extern salderen en verleasen zijn 2 instrumenten die het voor de korte termijn mogelijk maken om stikstofruimte te bieden aan nieuwe ontwikkelingen. Dit kan de aanleg van een nieuwe woonwijk, fabriek of weg zijn. Bij extern salderen komt altijd 30% van de stikstofruimte ten gunste van de natuur.

Tot op heden is extern salderen met veehouderijbedrijven niet toegestaan. Samen met de 11 andere provincies heeft Noord-Holland afgesproken dat elke provincie tussen september en november 2020 zelf beslist om extern salderen en verleasen met veehouderijbedrijven open te stellen. Noord-Holland is hierover in gesprek met de verschillende sectoren. De provincie wil de uitkomsten van deze gesprekken gebruiken om een zorgvuldig besluit te kunnen nemen.

Extern salderen

Bij extern salderen neemt een initiatiefnemer de ruimte die ontstaat door beëindiging van een stikstofemissie-veroorzakende activiteit op een andere locatie permanent over. De activiteit die (deels) stopt noemen we de saldogever. De initiatiefnemer die de ruimte benut is de saldonemer. Omdat het doel een daling van stikstofdepositie is, mag de saldonemer maximaal 70% van de ruimte benutten; de resterende 30% draagt bij aan een depositiedaling voor de natuur.

Voorbeeld: een stoppend agrarisch bedrijf verkoopt de stikstofruimte die zij gebruikt bijvoorbeeld aan de initiatiefnemer van een (wegen-)bouwproject. De extra uitstoot die het bouwproject zou opleveren wordt verrekend met de emissiedaling door het stoppen van de agrariër, waardoor het bouwproject kan worden uitgevoerd. De initiatiefnemer is overigens verplicht om de officiële berekening in de AERIUS Calculator (een landelijk rekeninstrument om de stikstofdepositie van een bepaalde activiteit te bepalen) te laten uitvoeren. Daarbij behoort hij 30% van de berekende stikstofstofruimte af te dragen aan de natuur.

Verleasen

Verleasen betekent dat een initiatiefnemer de benodigde stikstofruimte tijdelijk overneemt van een andere partij. Daarbij gaat het om projecten met een tijdelijke depositie van stikstof.

Voorbeeld: een agrarisch bedrijf heeft een vergunning voor 150 koeien, maar houdt 50 koeien minder dan gepland. Een initiatiefnemer kan de niet-gebruikte stikstofruimte voor zijn project gebruiken. Dat mag voor projecten die tijdelijk extra stikstofuitstoot hebben, bijvoorbeeld bij de aanleg van windmolens, zonnepanelen of woningen. Is het project afgerond dan gaat die stikstofruimte weer terug naar het agrarische bedrijf, die dan weer de mogelijkheid heeft binnen zijn bestaande vergunning uit te breiden.

Verleasen is een instrument voor de korte termijn. Bij verleasen kan de saldogever na voltooiing van de activiteit, waaraan de stikstofruimte is verleased de betreffende ruimte zelf weer 100% gebruiken. Hierdoor neemt de stikstof in de natuur per saldo niet af.

Vorig bericht GP Groot week van de circulaire economie
Volgend artikel Ondernemers niet laten opdraaien voor schade door rellen

Nu op WijNoordHolland